Samenvatting
Korte verwerkingsopdracht waarbij leerlingen oefenen met het verband tussen deugden en activiteiten om deze te trainen. Tevens zelfreflectie-opdracht die bruikbaar is voor portfolio/ mentoraat. Voorwaarde is wel dat leerlingen en docent elkaar voldoende vertrouwen.
Domein
Ethiek
Kernbegrippen
Aristoteles, deugd, deugdethiek
Benodigde tijd
2 keer 20-30 minuten, verspreid in de tijd (het liefst ongeveer een maand van elkaar).
Vereiste voorkennis van leerlingen
- deugdethiek (Aristoteles)
Lesniveau
Havo 4, Havo 5, Vwo 4, Vwo 5
Lesplan
Na een uitleg van de theorie over deugdethiek kan deze opdracht worden ingezet.
De docent benadrukt dat leerlingen alleen die deugden en activiteiten moeten opschrijven die ze willen delen met de docent. Veiligheid is belangrijk. Het hoeft niet perse heel intiem te worden om krachtig of waardevol te zijn.
Leerlingen kunnen zelfstandig aan het werk met het formuleren van deugden. Belangrijk is om rond te lopen en leerlingen te wijzen op het zorgvuldig formuleren van de activiteiten. Bijv. een leerling die schrijft dat ze zich moediger wil gaan gedragen. Als activiteit geeft ze aan: vaker met iemand afspreken. In een individueel gesprek kan de docent vragen: heb je een idee over de frequentie? En de setting?
Hoe preciezer een leerlingen dit kan, hoe groter de kans dat hij of zij het ook kan uitvoeren.
Na een maand vullen de leerlingen de evaluatie in op het formulier.
Leerdoelen
De leerling kan:
- persoonlijke deugden formuleren en deze omzetten naar concrete activiteiten (creëren)
- reflecteren op het eigen gedrag en de deugden en activiteiten evalueren (kritiseren)
Auteur
Mirjam Jorink