GLVM – H9 Een sterk lichaam, waarom eigenlijk? – ET 50-51

Samenvatting

Over beeld, werkelijkheid en functie van ons lijf. Naar aanleiding van een observatie-opdracht en een vraag aan ouders / verzorgers worden de begrippen van eindterm 50 en 51 uit GLVM uitgewerkt. Wat heb je nog aan kracht? Is de functie van ons lijf verplaatst van het slagveld naar de beeldcultuur?

Domein

Examen vwo

Kernbegrippen

beeldcultuur, consumptiemaatschappij, genot, geweld, identiteit, instinct, manipulatie, ontlijving, verlangens, virtualisering

Benodigde tijd

1 lesuur (+/- 50 minuten) plus huiswerkopdracht

Vereiste voorkennis van leerlingen

Paragraaf 9.1, 9.2 en 9.3 uit GLVM

Lesniveau

Vwo 6

Lesplan

 

Stap 1:

Huiswerkopdracht voorafgaand aan de les: Geef aan het einde van de les die voorafgaat aan deze les de volgende huiswerkopdrachten mee aan je leerlingen:

  • Tel 24 uur lang hoeveel mooie mannen en hoeveel mooie vrouwen je virtueel ziet (posters op straat, in je lesboek, op zalando.nl, via insta, via youtube, andere kanalen etc.)
  • Vraag aan je ouder(s)/verzorger(s): Hoeveel procent van je werk bestaat uit het verplaatsen van woorden? (mailen/schrijven/mensen aansturen/vergaderen et cetera)

Het is handig als de leerlingen voorafgaand aan deze les paragraaf 9.1 tot en met 9.3 hebben gelezen en de begrippen uit de eindterm hebben uitgewerkt. Je zou dit kunnen behandelen in de voorafgaande les of het als huiswerkopdracht kunnen meegeven.

Stap 2:

Bespreek de opbrengst van de huiswerkopdracht met je klas. Vragen n.a.v het huiswerk:

  1. Geef voorbeelden van beelden die een commercieel doel hadden.
  2. Geef voorbeelden van beelden die volgens jou gephotoshopt waren/met een filter waren bewerkt.
  3. Is ontlijving in werkzaamheden een typisch modern en westers verschijnsel?

Bespreek de antwoorden in het licht van de twee eindtermen (laat daarbij de termen ‘behoeften en verlangens’, ‘identiteit’, ‘culturele dimensie van identiteit’, ‘verstandelijk’, ‘genot’, ‘virtualisering’, ‘consumptieartikel’ en ‘manipulatie’ vallen)

Stap 3:

En dan nog even over fysiek geweld. Twee vragen voor de leerlingen:

  1. Wat heb je vandaag de dag aan een krachtig lijf?
  2. Wat had je aan een krachtig lijf in een periode van de geschiedenis naar keuze?

Bespreek de antwoorden kort. Laat vervolgens een fragment uit een interview met Theo Maassen zien: https://www.vpro.nl/speel~VPRO_1131326~theo-maassen-24-uur-met~.html. Vanaf minuut 27:30. In dit fragment zegt Theo Maassen het volgende:

Je hebt ook van die intellectuelen die een heel groot onderscheid maken tussen verbaal geweld en fysiek geweld, die vinden dat je alles mag zeggen en je moet met je handen van anderen afblijven. Dat vind ik totale onzin. Ik vind: je kan dingen zeggen tegen iemand en die zijn veel erger dan een klap op je bek. En dat vind ik altijd een beetje van die columnisten praat, die kunnen dan toevallig heel goed praten of schrijven en die mogen dan van alles doen. En je hebt natuurlijk ook mensen die zijn verbaal niet zo begaafd, maar die hebben wel dikke spierballen en die kunnen een beuk uitdelen. En dan vind ik het een beetje lullig. Zij, met al hun agressie, mogen dan wel alles zeggen en die ander mag dan nooit een keer meppen, dat vind ik niet kloppen.

Geef de volgende kijkvraag mee, en bespreek deze na afloop:

In hoeverre verschilt Maassens kijk op geweld van de periode die je net hebt beschreven bij vraag 2?

Stap 4:

Laat de leerlingen de opbrengst van de les samenvatten met de termen ‘verlangens’, ‘identiteit’, ‘verstandelijk’ in combinatie met ‘gebrekkig instinct’ (eindterm 49), ‘genot’, ‘virtualisering’, ‘consumptieartikel en manipulatie’ en ‘ontlijving’.

Stap 5:

Laat leerlingen eindtermen 50 en 51 uitwerken aan de hand van deze les.

 

Leerdoelen

De leerling kan:

  • de stof van eindterm 50 en 51 uitleggen, toepassen en kritisch evalueren (begrijpen) (analyseren) (kritiseren)

Benodigd materiaal

Auteur

Albert Jan van der Leeuwen

Bijlagen


Schrijf een bericht

GLVM – H9 Een sterk lichaam, waarom eigenlijk? – ET 50-51aaa